NAROPIN (ropivacaine HCL injectie) – een Fresenius Kabi Site
1. Beaulieu P, Babin D, Hemmerling T. the pharmacodynamics of ropivacaine and bupivacaine in combined sciatic and femoral nerve blocks for total knee arthroplasty. Anesth Analg. 2006;103:768-774. 2. Morrison LM, Emanuelsson BM, McClure JH, et al. Werkzaamheid en kinetiek van extradural ropivacaine: vergelijking met bupivacaine. Br J Anaesth. 1994;72:164-169. 3. Naropin voorschrijfinformatie. Gegevens in het dossier. 4. McGlade DP, Kalpokas MV, Mooney PH, et al. Een vergelijking van 0.5% ropivacaine en 0.5% bupivacaine voor okselplexusanesthesie. Anaesth Intensive Care. 1998;26:515-520. 5. Asik I, Göktuğ, Gülay I, Alkis N, Uysalel A. vergelijking van bupivacaine 0,2% en ropivacaine 0,2% gecombineerd met fentanyl voor epidurale analgesie tijdens arbeid. Eur J Anesthesiol. 2002;19:263-270. 6. Schrijver WDR, Stienstra R, Eddleston JM, et al. Neonatale uitkomst en wijze van levering na epidurale analgesie voor arbeid met ropivacaine en bupivacaine: een prospectieve meta-analyse. Br J Anaesth. 1998;81:713-717. 7. Bertini L, Tageriello V, Mancini S, et al. 0,75% en 0.5% ropivacaine voor axillaire brachiale plexusblok: een klinische vergelijking met 0.5% bupivacaine. Reg Anesth Pain Med. 1999;24:514-518. 8. Bertini L, Mancini S, Di Benedetto P, et al. Postoperatieve analgesie door gecombineerde continue infusie en patiëntgecontroleerde epidurale analgesie (PCEA) na heupvervanging: ropivacaine versus bupivacaine. Acta Anesthesiol Scand. 2001;45:782-785.