Patrimonialism
Patrimonialism, vorm van politieke organisatie waarin Autoriteit voornamelijk gebaseerd is op de persoonlijke macht uitgeoefend door een heerser, direct of indirect.
een patrimoniale heerser kan alleen of als lid van een machtige elitegroep of oligarchie optreden. Hoewel het gezag van De heerser uitgebreid is, wordt hij niet gezien als een tiran. Zo blijft de leiding van de hedendaagse Rooms-Katholieke Kerk patrimoniaal. Directe regel impliceert de heerser en een paar belangrijke leden van het huishouden of personeel van De heerser het handhaven van persoonlijke controle over elk aspect van bestuur. Als de regel indirect is, kan er een intellectuele of morele elite van priesters of ambtsdragers zijn, evenals een militair. De priesterlijke groep mag de leider vergoddelijken. De koning, sultan, Maharadja, of andere Heerser is in staat om onafhankelijke beslissingen te nemen op een ad hoc basis, met weinig of geen controle op zijn macht. Geen enkel individu of groep is krachtig genoeg om zich consequent tegen De heerser te verzetten zonder op zijn beurt de nieuwe patrimoniale heerser te worden. De heerser wordt algemeen erkend als de belangrijkste landhouder en, in het uiterste geval, als de eigenaar van al het land in het Koninkrijk of de staat. De wettelijke autoriteit van De heerser is grotendeels onbetwist; er is geen erkende jurisprudentie of formeel recht, hoewel er noties van etiquette en eer kunnen zijn.
De term patrimonialisme wordt vaak gebruikt in combinatie met het patriarchaat, aangezien de vroegste vorm van bestuur in kleine groepen patriarchaal kan zijn geweest. Er is een relatie van persoonlijke afhankelijkheid tussen een ambtenaar en De heerser, zodat de structuur ideologie is een van een grote uitgebreide familie. Het idee van een vroege matriarchale samenleving—zoals onderscheiden van matrilineale afstamming—is grotendeels in diskrediet gebracht. Een” grote man ” stamhoofd systeem is kenmerkend voor veel inheemse volkeren, en de overgang van patriarchaat naar patrimonium is waarschijnlijk gebruikelijk historisch over de hele wereld. Typisch, patrimonialisme wordt aangenomen nadat een patriarchale samenleving zich uitbreidt naar een groter geografisch gebied, zoals in de ontwikkeling van agrarische beschavingen omvatten. Patrimonialisme was waarschijnlijk kenmerkend voor vele vroege agrarische beschavingen die waren gebaseerd op irrigatiesystemen.het begrip patrimonialisme werd in het begin van de 19e eeuw toegepast op de studie van de politiek door de Zwitserse jurist Karl Ludwig von Haller, die een tegenstander was van de Franse Revolutie. Net als de Britse politieke denker Edmund Burke viel Haller het ancien régime aan, maar was hij ook tegen romantiek en gewelddadige revolutionaire verandering. Haller betoogde dat de staat kan en moet worden gezien als het patrimonium (het patrimoniumbezit) van De heerser. Volgens Hallers theorie van de Patrimonialstaat is de prins alleen verantwoordelijk voor God en de natuurwet. In de 20e eeuw nam de Duitse socioloog Max Weber De term Patrimonialstaat aan als een label voor zijn ideaaltype model van traditionele Autoriteit (Herrschaft).